Chris, een 36-jarige Amsterdammer, heeft regelmatig moeite om zijn rust te vinden tijdens treinreizen. Vooral als hij met zijn bagage reist, ondervindt hij irritatie.
“Ik snap echt niet waarom mensen naast me komen zitten. Die koffer is een duidelijk teken dat ik die plek voor mezelf hou.” Het feit dat anderen ondanks dat naast hem gaan zitten, frustreert hem.
Voor Chris zijn treinreizen vaak niet alleen noodzakelijk, maar ook een moment om te ontspannen. “Dat is mijn tijd om even bij te tanken,” legt hij uit.
Of het nu gaat om een werkreis of een weekendje weg, hij waardeert de momenten in de trein om zijn gedachten te ordenen.
Wanneer iemand onverwacht naast hem komt zitten, voelt het alsof zijn persoonlijke ruimte wordt aangetast.
“Het is niet alleen dat ze naast me zitten, het lijkt wel of ze niet doorhebben dat ik probeer aan te geven dat ik mijn rust wil.”
Chris herinnert zich nog een specifieke reis naar een conferentie in Utrecht. Hij had een lange dag voor de boeg en zat vroeg in de trein, klaar om ongestoord te werken.
“Ik installeerde mezelf met mijn koffer, vol documenten en mijn laptop, en zette mijn koptelefoon op,” vertelt hij.
Maar tot zijn grote irritatie koos een medepassagier ervoor om naast hem te zitten, terwijl er nog genoeg andere plekken vrij waren.
“Ik kon het echt niet geloven. Hebben mensen geen ogen? Die koffer ligt er niet voor niets!” Tot overmaat van ramp probeerde de man zelfs een gesprek met Chris aan te knopen, terwijl hij juist hoopte rustig te kunnen werken.
Deze ervaring frustreerde Chris enorm. “Het leek alsof die man totaal geen besef had van mijn irritatie, en dat maakte het nog ongemakkelijker,” zegt hij.
Voor Chris is het onbegrijpelijk dat mensen zo vaak geen rekening houden met anderen. “Het lijkt alsof iedereen tegenwoordig steeds egoïstischer wordt. Ze denken niet na over hoe hun acties anderen beïnvloeden.”
Chris ziet dit gedrag niet alleen in de trein, maar als een bredere trend in de maatschappij. “We leven in een tijd waarin iedereen maar met zijn eigen leven bezig is, maar dat betekent niet dat we de basisregels van respect voor elkaar moeten vergeten.”
Soms probeert hij de situatie wat luchtiger te maken door een glimlach, maar dat blijft lastig. “Het hangt van de situatie af.”
”Soms heb ik zin in een gesprek, maar andere dagen wil ik gewoon mijn eigen ding doen. En dat moet kunnen.”
Chris staat niet alleen in zijn frustratie. Veel reizigers hebben soortgelijke ervaringen in het openbaar vervoer.
“Het lijkt wel alsof goede manieren langzaam verdwijnen. Misschien is het tijd dat we ons wat bewuster worden van onze omgeving en de signalen van anderen,” stelt hij voor.
“Laten we allemaal wat meer rekening houden met elkaar. Dat zou het reizen voor iedereen een stuk aangenamer maken.”
Hopelijk, zo sluit Chris af, gaan reizigers in de toekomst beter letten op de ruimte en signalen van hun medepassagiers, zodat iedereen kan genieten van een ontspannen reis.
1. Ondanks zijn koffer naast hem, willen mensen toch naast hem zitten.
2. De frustratie groeit met de dag: ‘dat maakte het nog ongemakkelijker’
3. Zijn koffer moet het signaal geven dat de plek bezet is…. Helaas…
4. Het voelt alsof zijn persoonlijke ruimte wordt aangetast.
5. ‘Die koffer is een duidelijk teken dat ik die plek voor mezelf hou.’